een rubriek uit onze maandelijkse nieuwsbrief waarin we een bezoekje brengen bij een klant en een inspirerend onderwerp bespreken
2022-02 Pieter Arnauts, Heide-Linter (B)
In het Vlaams-Brabantse Hageland gaan we langs bij Pieter Arnauts. In Heide-Linter, baat hij -naar Vlaamse normen- een eerder compact melkveebedrijf uit met een 60-tal Holstein melkkoeien. Het is vooral vader Gerrit die de koeien verzorgt en het areaal van ruim 40 ha bewerkt voor ruwvoer (waarvan ¼ mais). Sinds 2017 doet het bedrijf aan verbreding met ondertussen een belangrijk deel zuivelverwerking en verkoop in de korte keten. Op die manier biedt het melkveebedrijf werk en inkomen aan maar liefst 3 familieleden en enkele vaste medewerkers. Naast Pieter, werkt ook moeder Martine volop mee in de zuivelverwerking.

Als we te weten komen dat ondertussen bijna de helft van de geproduceerde melk wordt verwerkt (melk, boter, kazen, yoghurts en melkdesserts) kan men zich toch de vraag stellen hoe het komt dat op relatief korte tijd de zuivelverwerking en afzet van ‘Melkerhei’ zo is ‘geboomd’?

Met een gemiddelde melkproductie van 10.250 L (4,12% V; 3,39% E) behaalt dit ‘VLOG’-bedrijf een erg mooi resultaat. De afgelopen jaren was het enkel jongvee die in de zomer toegang kreeg tot vers gras. Pieter mag zich sinds vorig jaar een nieuwe weider noemen. Toen zwaaide de staldeur van de melkgevende koeien voor het eerst in 2 decennia weer open.
“Pieter, vorig jaar ben je opnieuw gaan weiden met de melkkoeien. Hoe ben je tot dat besluit gekomen?”
Enerzijds door zelf te zuivelen. Anderzijds omdat ik het nut inzie van weiden. De koe is vanuit haar natuur een dier dat gras kan opnemen. Het is eigenlijk wel raar om zoveel moeite te doen om met machines te gaan doen wat een koe in feite zelf kan.
Je hebt bij Obs’Herbe een WeidePlan laten maken. Hoe heeft jou dat geholpen?
Tot nu toe heb ik het nog niet doorgevoerd, maar het heeft echt al wel wegwijs gegeven. Het is de bedoeling om op termijn de volledige huiskavel te gaan benutten voor beweiding (bijna 18 ha) en normaal gezien ook op termijn met een melkrobot. Zo is het WeidePlan ook al getekend.

Wat waren jouw ervaringen met beweiding het afgelopen jaar?
Afgelopen jaar zijn we te laat begonnen met weiden, pas eind april. We zijn ook begonnen op een kleiner oppervlak dan voorzien was. Het was vrij snel paniek omdat de koeien zakten van 31 naar 26 L en ze aten geen gras op de weide. Toen hebben we jou (Obs’Herbe) opnieuw gebeld en is de situatie opnieuw snel verbeterd door het voederen op stal beter af te stemmen op de weidegang. Mijn vader en ik hadden schrik om de voergoot te laten leegkomen tegen de ochtendmelkbeurt. We hebben toch doorgezet en de melkproductie verbeterde ook.

Waarom had je een kleiner oppervlak?
We merkten dat de koeien het gras op sommige plaatsen niet wilden eten: door een oude grasmat, maaimengsels, structuurgras… Die percelen hebben we gescheurd en maïs op gezet om in het najaar opnieuw in te zaaien met een smakelijk kruidenrijk mengsel. Ik denk dat een homogene grasmat belangrijk is om variaties in opname te vermijden.
Wat ga je dit weideseizoen anders doen?
Vroeger weiden !
En nog meer inzetten op klaver doorzaaien. Misschien ga ik al doorzaaien in april zoals we vorig jaar gezien hebben tijdens het WeideWandelen bij Daniel Raucq.
Pieter, je neemt deel in een aantal projecten die focussen op duurzame landbouw (WeideWijs, Landbouwers – Koolstofbouwers, Schaduwbomen in veeweiden). Hoe zie jij jouw bedrijf evolueren richting 2030?
We hebben diverse werkpunten zoals levensproductie, waarin we nog kunnen evolueren. Beweiding kan daar aan bijdragen. Beweiding kan ook voederkosten doen dalen. Door die besparing kan je misschien wel 1.000 L zakken per koe, maar ik wil ook niet, door volop aan weidegang te doen, terugvallen naar 6.000 L want dan draait de economie op mijn bedrijf niet meer rond. Als ik wat meer zekerheden zou krijgen zou ik meteen hélemaal gaan voor de volle verduurzaming. Maar onder de huidige omstandigheden als jonge boer moet je toch goed oppassen. Mijn hart zegt: koeien buiten. Maar wie kan mij aantonen dat verduurzamen mij geen geld gaat kosten?
Als er collega’s zijn die nu hun dieren jaarrond opstallen, probeer je hen dan aan denken te zetten over beweiding?
Ja, dat heb ik al gedaan.

En als je ze dan zou overtuigd hebben, welke tips zou je hen dan willen meegeven?
“Laat je begeleiden.” “Ikzelf heb nooit koeien geweid. Ik heb het vroeger wel gezien maar heb het nooit zelf gedaan. Ik heb er dus geen voeling mee, vandaar dat ik me wil laten begeleiden. Als ik toen op die excursie in oktober 2020 (met Wervel en Odisee) zag hoe die boeren die zich hebben laten begeleiden door Obs’Herbe, nu bezig zijn met weidegang… toen dacht ik: “dat wil ik ook.”
2022-01 Daniel Bos, Bargerveen (NL)
Daniel Bos boert met zijn broer en moeder vanuit de Schaapskooi op het Bargerveen te Nederland. De nieuwe stal biedt plaats aan 1000 schapen en 110 runderen, die ingezet worden voor de natuurlijke begrazing van het Bargerveen.
De afrastering gebeurt virtueel met behulp van halsbanden Nofence. Hiermee kan je het gebied virtueel afrasteren. De halsband geeft via geluidssignalen aan wanneer het dier te dicht bij de grens van het afgebakende gebied komt. Op deze manier kan je heel gemakkelijk dagelijks omweiden, zonder veel arbeid te moeten verrichten.

Unieke duurzame stal
De stal is gebouwd met de duurzaamheidsgedachte in het achterhoofd. Zo liggen er zonnepanelen op het dak, opdat de energiebehoefte zoveel mogelijk ingevuld kan worden met eigen productie. De stal is ook een potstal, waardoor er doorheen het jaar veel mest kan opgevangen worden. Deze wordt gebruikt om grasland en akkerland van het Staatsbosbeheer mee te bemesten. Daarop wordt dus het nodige strooisel voor in de stal en (een deel van) het veevoeder op verbouwd. Op deze manier blijven de nutriënten in de eigen kringloop en blijft de aanvoer van extern veevoeder erg beperkt.

Natuurlijke begrazing dankzij virtuele afrastering
De schapen en runderen worden ingezet voor de natuurlijke begrazing van het Bargerveen, het grootste hoogveengebied in Nederland. Bij een deel van de runderen gebeurt dit met collars van Nofence. Dat is een halsband die met behulp van geluidssignalen het dier een signaal geeft wanneer het de onzichtbare rand nadert van het stuk waarop het kan grazen. Overschrijdt het dier toch de virtuele grens, dan krijgt het een kleine schok, die maar een fractie bedraagt van de schok die het krijgt bij een normale schrikdraad.
De afrastering kan dagelijks aangepast worden, waardoor overbegrazing vermeden wordt. In het kader van duurzaam natuurbeheer is dit een groot pluspunt.

Mest verzamelen
De schapen en runderen blijven grotendeels buiten grazen. Sommige groepen worden elke avond opnieuw opgestald om de mest in de stal te verzamelen en het veen niet te veel aan te rijken. Ook een klein groepje van ongeveer 300 schapen keert terug naar de stal, onder begeleiding van de herder. Het grazen is een belangrijk onderdeel van het onderhoud van het veengebied. De schapen zorgen er namelijk voor dat het veengebied niet verandert in een bos, door jonge scheuten en gras af te grazen.
Wil je zelf deze kudde aan het werk zien of eens een kijkje nemen in de stal? Dat kan, je kan de Schaapskooi namelijk van bovenaf bekijken wanneer je door het Bargerveen wandelt.
.
Nofence pilot bedrijf
Op 11 februari e.k. organiseert Obs’Herbe een informatie-sessie met demonstratie van het Nofence-systeem bij de familie Bos. Deze dag is bedoeld voor boeren en natuurbeheerders die zelf interesse hebben om op te starten als pilot bedrijf voor Nofence.